II
II

II

‘Hoe kom je in mijn kamer? Wie ben je?!’ April staat pal tegenover een lange jongen met wild bruin haar.
‘Rustig, ik doe je niets.’ De jongen houdt zijn handen naar voren in een poging April te kalmeren. ‘Je raam stond open en ik hoorde je schreeuw om hulp.’
‘Dus je dacht, ik kom maar even naar binnen wandelen!’ Wat denkt deze gast wel niet! Dit is gewoon inbreken in iemands huis. ‘Hoe ben je naar binnen gekomen? Mijn slaapkamer is op de eerste verdieping.’


‘Geklommen. Jullie hebben een makkelijke regenpijp en de vuilnisbakken staan ook op een handige plek voor inbrekers.’ April maakt een mentale notitie om dit met haar ouders te bespreken.
De jongen heeft grote bruine ogen en zijn bruine krullen steken werkelijk waar alle kanten op. April bekijkt hem, terwijl hij haar kamer in zich op neemt. Met zijn lange vingers aait hij over één van haar lievelingsknuffels, Sweet Bear.
‘Hoe heet je?’ April schrikt een beetje van de vraag.
‘April. En jij?’
‘David. Prettig kennis te maken!’ Breed glimlachend steekt hij zijn hand naar voren. April pakt zijn hand voorzichtig vast. Bij de aanraking voelt ze een warme gloed door haar buik en van schrik laat ze hem snel los. David glimlacht naar haar.

‘Waar was je mee bezig? Kan ik je helpen?’
‘Ehm, mijn printer is vastgelopen. Ik wilde iets printen, maar toen at het apparaat het papier op.’ April laat het verkreukelde A4’tje zien. David pakt het van haar aan en loopt naar haar bureau toe. Met een paar vlugge handelingen haalt hij een opgeslokt A4’tje uit de printer. Uit de laadbak haalt hij de helft van het papier, zodat er nog een klein stapeltje over blijft.
‘Zo, probeer het nu nog eens.’
April drukt op afdrukken en de printer begint te pruttelen. Een paar tellen later liggen de blaadjes met haar wiskundevraagstukken geprint op haar bureau, precies zoals ze wilde een uur geleden.
‘Dank je wel! Je bent goed met die apparaten, zeg. Ik was er een uur mee bezig.’ April bekijkt David die zijn bruine krullen uit zijn gezicht veegt. Best knap, die vreemde jongen in mijn kamer. ‘Oké, maar nu moet je mijn kamer uit.’

‘Waarom? Komen je ouders zo thuis?’ David kijkt April plagend aan.
‘Nee, morgen pas. Maar ik wil het huis een avondje voor mezelf. En trouwens, je bent een vreemde jongeman die mijn slaapkamer in is geklommen en die ik nog maar een kleine tien minuten ken. Genoeg redenen om je mijn huis uit te gooien!’
‘Oké, oké,’ lacht David. ‘Maar ik weet je nu te vinden,’ zegt hij met een knipoog.
April duwt hem richting haar raam. ‘Klim nu maar weer naar beneden. Omhoog lukte je ook, dus dit moet je ook lukken.’
‘Natuurlijk lukt me dat. Tot de volgende keer, mijn jonkvrouw in nood. Mijn jonkvrouw met de mooiste rode krullen die ik ooit heb gezien!’ schreeuwt David uit het raam.
April bloost en sluit haar raam, maar niet voordat ze de grote grijns op het gezicht van David heeft gezien.

 

Lees hier het vorige deel van dit vervolgverhaal!
Deel deze blogpost op social media:

Geef een reactie

Yours truly, the Storyteller